A Holland leidt een hervorming van de wetgeving, zoals gerapporteerd in april 2018. Voor de vierjarige pilot is overeenstemming bereikt. Volgens de huidige wetgeving kan cannabis zonder recept worden verkocht in cafés met een vergunning, maar het is illegaal om het te produceren en te leveren aan commerciële instellingen.
Vanaf 2021 zullen coffeeshops in 10 gemeenten legaal worden gevuld met hoogwaardige cannabis van erkende producenten in een poging de activiteit op de zwarte markt te verminderen.
Grote steden uit de ervaring
De autoriteiten besloten dat het gevaarlijk en kostbaar zou zijn om het experiment uit te voeren in de vier grootste steden, Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht, die daarom werden uitgesloten van het proefproject. De gekozen steden zijn dan Arnhem, Almere, Breda, Groningen, Heerlen, Hellevoetsluis, Maastricht, Nijmegen, Tilburg en Zaanstad.
Het Nederlandse wettelijke kader, liberaler als het om drugs gaat, heeft de publieke opinie lange tijd verdeeld. Cannabisteelt blijft een gevoelig punt, aangezien thuisteelt voor persoonlijke consumptie verboden is in een land dat geassocieerd wordt met openbaar en recreatief cannabisgebruik.
Reguleren, niet uitsterven
Amsterdam is een belangrijke toeristische bestemming voor cannabisliefhebbers, maar het land knijpt een oogje dicht voor coffeeshopbenodigdheden. Het zijn nog steeds illegale producenten die de markt bevoorraden, terwijl de autoriteiten deze transacties negeren. Echter, met bezorgdheid over schommelingen op de zwarte markt en de sluiting van honderden cafés in het afgelopen decennium, zag de regering zich genoodzaakt een model te bestuderen voor een volledig gereguleerde markt om de tientallen miljoenen euro's die jaarlijks worden gegenereerd niet te verliezen. .
Steden waren aanvankelijk terughoudend om deel te nemen aan het proefproject van de overheid, uit angst dat een legitieme leverancier duurder zou zijn en klanten zou wegjagen. Het experiment vindt plaats in 79 "coffeeshops", die tussen 2021 en 2025 het succes van de levering door legale producenten zullen rapporteren. Als de proef een positieve verandering oplevert, zal de Nederlandse overheid proberen het uit te rollen in het hele land en een volledig rechtsgeldige wet.
Bij de aankondiging van het besluit zeiden minister van Justitie Ferdinand Grapperhaus en minister van Volksgezondheid Bruno Bruins dat consumentenbescherming de hoogste prioriteit heeft. Het paar gelooft dat het plan een einde kan maken aan het "onlogische en inconsistente" beleid dat "coffeeshops" in contact brengt met illegale leveranciers.
Producenten met een vergunning hebben dure exportcontracten en er zijn momenteel geen indicaties van prijzen die ze koffie zullen aanbieden, die al hebben gewaarschuwd dat als de aankoopkosten niet worden gehandhaafd, consumenten eenvoudig en rechtstreeks naar de zwarte markt zullen gaan.