Er was een tijd, en het was niet zo lang geleden, dat praten over cannabis een enorm taboe was, waarbij de plant werd beschouwd als een "gateway-drug" die je hersenen voor altijd zou beschadigen en je sociale leven zou ruïneren.
Het populaire beeld van een persoon die geïnhaleerde cannabis gebruikt en meestal wiet rookt als een sigaret, zit vol met negatieve gezondheidsbeelden, van kankerverwekkend roken tot klassiek geheugenverlies. Maar de echte wetenschap achter deze populaire insinuaties is bijna ontkracht, aangezien veel onderzoeken suggereren dat fytocannabinoïden fungeren als neuroprotectors en wijzen op andere voordelen buiten de plant.
Toen landen het legaliseerden en er onderzoek werd gedaan naar het nut van cannabis, nam de cultuur rond de plant ook andere vormen aan. Er is al veel bewijs dat matig gebruik voordelen heeft, namelijk iets positiefs voor volwassenen. Velen geven het gebruik ervan al openlijk toe en melden dagelijks hoe cannabis hen helpt.
In Portugal, volgens gegevens uit een enquête van het Europees Waarnemingscentrum voor drugs en drugsverslaving, 40% van de mensen die toegaf de plant te gebruiken, gebruikt het om angst en depressie te behandelen, met 84% om stress te bestrijden, samen met 52% om de slaap te verbeteren en 15% om pijn en ontsteking te verlichten. Uit hetzelfde onderzoek bleek ook dat 88% van de Portugese consumenten direct gebruikmaakt van bloemen, dat wil zeggen ingeademd, wat aantoont dat we geen enkele gebruiksmethode kunnen opgeven, aangezien elk zijn eigen specifieke kenmerken heeft.
In Brazilië is het taboe nog steeds groot om toe te geven een gebruiker te zijn. Uit een onderzoek, uitgevoerd door de 'National Survey on Drug Use by the Brazilian Population' en uitgegeven door FioCruz, bleek dat 7,7% van de Brazilianen van 12 tot 65 jaar minstens één keer in hun leven cannabis heeft gebruikt. Echter, 78% van de respondenten zei iemand te kennen die rookt.
Een ander onderzoek, gepubliceerd in het Journal of Psychiatric Research, uitgevoerd door een Braziliaanse groep van bijna 7.500 mensen, gaf aan dat subjectieve welzijnsmaten hoger waren bij regelmatige en occasionele gebruikers dan bij niet-gebruikers. Symptomen van slechte kwaliteit van leven, depressie of angst kwamen vaker voor bij disfunctionele gebruikers (personen die cannabis gebruiken en persoonlijke problemen ervaren bij het gebruik ervan), maar niet-cannabisgebruikers rapporteerden meer symptomen van depressie of angst en een lagere kwaliteit van leven. degenen die het af en toe of uit gewoonte deden.
Met het verbod en de oorlog tegen drugs is er een extreem negatief beeld ontstaan over de cannabisgebruiker, waar mensen niet mee geassocieerd willen worden en dit genereert een misvatting in onze samenleving. Daarom zijn de bestaande beperkingen in wetenschappelijk onderzoek naar cannabinoïden praktisch een probleem voor de volksgezondheid en zou regulering van het gebruik van volwassen cannabis andere grote medicinale voordelen bieden en zouden er nieuwe bedrijven en banen op deze markt ontstaan. We moeten debatteren over taboes en legalisatie van gisteren.
En het racisme dat aan het taboe is gekoppeld.